10 oktober 2008

Homeopathy: respons (dutch)

Aim at the stars but keep Your brain from drifting away
In zijn hommage aan de alternatieve geneeswijzen (lezersbrief AK di 7 oct 2008) - in het bijzonder de homeopathie- noteert collega Jan de Vuyst, kinderarts en -uit wat ik lees- hoogstwaarschijnlijk zelf een overtuigd homeopathie afficionado, dat het verdedigen van “mijn stelling” namelijk “dat de werkzaamheid van de homeopathie niet wetenschappelijk bewezen is”, geen erg grote inspanning vergt. Hij zou nogal eens verschieten van de tijd die in dergelijke verdediging moet geinvesteerd worden en waar velen mij proberen te overtuigen dat het wellicht een betere zaak waardig is. Hoewel, uit wat volgt zal blijken dat op de bres blijven staan tegen onwetenschappelijk denken geen overbodige luxe is. Verder wil hij mij, als een attente collega behoeden, voor wat hij een cruciale fout tegen de wetenschap acht nl “beweren dat iets niet werkt omdat we het werkingsmechanisme ervan niet kennen”. Ik ben hem dankbaar voor deze aanwijzing maar stel hem gerust dat dit risico vrij gering is. Beide bekommernissen zijn namelijk gemakkelijk te weerleggen. Ten eerste gaat het niet om “MIJN stelling” maar om een concrete algemene “vaststelling” (tot op heden wetenschappelijk nog niet tegengesproken) dat er geen enkel overtuigend bewijs geleverd is dat homeopathie een intrinsiek effect zou hebben dat niet kan toegeschreven worden aan placebo. Ik verwijs naar Cochrane of andere respositoria van grote metastudies en EBM gevalideerd onderzoek en vraag hem dan ook vriendelijk om mij aan de hand van concrete referenties en data het tegendeel te bewijzen. Ik vrees, samen met Ernst en Singh dat hem een een lange en frustrerend vruchteloze zoektocht te wachten staat. Feit: er is geen enkele overtuigende EBM gebaseerde studie die van om het even welke alternatieve geneeswijze of ze nu 2000 dan wel 200 jaar oud is kan aantonen dat ze een effect heeft die placebo of placebo plus overschrijdt. Daarom en tot nader inziens beschouw ik alternatieve geneeskunde als een filosofisch denksysteem omtrent ziekte en gezondheid dat evenwel bij persisterend gebrek aan een slotvast EBM ISO bewijs van intrinsieke werking, niet binnen het wetenschappelijk kader van moderne geneeskunde kan ingelijfd worden. Om die reden vezet ik mij zeer krachtig tegen de schijnbaar onschuldige maar semantisch erg dubbelzinnige benaming “CAM”. Het woord complementair is een misplaatste wat propagandistische manier om op amper verholen wijze alternatieve beoefenaars zonder degelijke geloofsbrieven een toga van wetenschappelijke accepteerbaarheid om de schouders te hangen of hen toch een vaag vluchtig odium van validiteit te geven. Dergelijhke parfum blijft al snel hangen. Vooral artsen die de homeopathie “kunst” beoefenen maken zich daar willens nillens schuldig aan. Ook al sprak immers collega Georges Alberteyn te Antwerpen erg vaderlijke verzoenende woorden, tot nader orde staat er in de eed van hippocrates zowel als in de regels van de Orde nog steeds ingeschreven dat geneeskunde enkel mag uitgeoefend worden binnen de stand van de actuele wetenschappelijke kennis. (en niet op basis van geloof of filosofische overtuiging). Homeopathie valt daar duidelijk buiten. Het zijn dergelijke sluikwegen en achterpoortjes die men in de reguliere wetenschap nu eenmaal moet gesloten houden voor diegenen die bewust of uit naieve onwetendheid de spelregels met de voeten treden ongeacht hoe vriendelijk, beleefd, goed bedoelend , holistisch of hoffelijk ze als mens en arts ook mogen zijn. Dit heeft niets te maken met intolerantie of fanatisme enkel met princiepes van eerlijke wetenschapsbeoefening. Willen alternatieven meespelen op het wetenschappelijk front en de erkenning krijgen die ze wel degelijk sterk ambieren (cfr wet Colla) dan moeten ze zich er ook bewijzen volgens de regels die gelden voor iedereen en niet steevast proberen via demagogie , lobbying en manipulatie van politiek, brave BV’s (zelfs van koninklijken bloede) of postmodernistische media de complementaire held uit te hangen. Vooral homeopathie is hier mijns inziens bewust onetisch bezig. De probabilistische onmogelijkheid dat ook maar één enkele molekule van een “actief” bestanddeel nog zou kunnen aanwezig zijn in de ultrahoge verdunningen die de homeopathie hanteert, voert de homeopathen ertoe fatasmagorische verklaringsmodellen te koesteren die inderdaad haaks staan op alle wetten van chemie en fysica waarop gans onze westerse kennis, wetenschap en techniek gefundeerd is. De term daarvoor luidt: pseudowetenschap en de gehanteerde modellen zijn ten andere niets meer dan een amalgaam van geleerd ogende termen die ze zelf schaamteloos en niet door enige kennis omkaderd geplagieerd hebben uit de reguliere wetenschap (de kleren van de keizer) om ze nadien ter verbijstering of verbluffing voor de bewonderende ogen van de goedgelovige patient door elkaar te schudden tot een semantisch troebel brouwsel van kwantrum dynamica , subatomaire krachtvelden en geheugen van gedynamiseerd water etc. Snake oil in volle glorie. De elan vital van Bergson van de zolder gehaald, afgestoft en opgelost in homeopatisch verdund en dynamisch geschud hippocampussap. Moet er nog zand zijn ? Dat er “interessante studies “zouden gepubliceerd omtrent deze ultra hoge verdunningen wil ik nog wel eens zien. Benveniste was ermee bezig maar bleek na deskun,dige tussenkomst van scepticus randi, volledig misleid. Als men Emoto bedoelt dan is dat met alle respect niets meer dan veredelde kwatsch. Ik heb er hier zelfs een boek voor mij liggen met als titel “Homeopathy Research: An Expedition Report” van P.C. Endler (gekregen van een collega homeopaat die het aankocht te Oostende en zo vriendelijk was het mij gratis op te sturen) waarin een aantal van deze “interessante” studies in detail ter sprake komen. Ik wil de vrijgevige collega niet kwetsen door schamper te doen over de inhoud van wat hij mij zo verwachtingsvol overmaakte, maar het ganse verhaal is een paternosterachtige aaneenschakeling van, fragmenten, foto’s, vrienden onder elkaar anecdotes, definities en cartoons. “Interessant”, “leuk en sympathiek” ongetwijfeld maar wetenschap wordt met andere pennen geschreven. “Interessant” als subjectief percept is dus absoluut niet voldoende om te overtuigen. “Extraordinairy claims need extraordinairy proof”. Dat is een wetenscahppelijk feit en helaas zie ik dat in de homeopathie niet gerealiseerd. Ik kan zeker respect opbrengen voor deze collegae die hun lange nascholingsuren besteden aan het bestuderen van allerlei alternatieve geneeswijzen maar zou hen toch erop willen wijzen dat ze zich zeer veel teleurstelling, tijdsverlies en misleiding kunnen besparen door voorafgaandelijk eens een degelijke cursus EBM te volgen. EBM en kritisch logisch denken wordt dan hun echte telescoop die hen zal toelaten de werkelijkheid van de suggestie te onderscheiden. . Wie de sterren wil zien doet er goed aan zijn lenzen te kuisen opdat het ware doel in het vi-zier zou komen. Hoe kan je immers de waarde van een studie beoordelen als je niet echt goed beseft wat de effecten zijn van onvoldoende blinding, subtiele fouten in selectie, inclusie, endpoints, randomisatie, covariante imbalance etc. .Moet je dan als arts alle kritische ingesteldheid zomaar pardoes achterwege laten om alles te gaan slikken wat een chinese guru of indische “meester” U vanuit zijn zgn eeuwenoude overlevering komt wijsmaken ? Ik geef grif toe dat statistiek en EBM (schijnbaar) wat saai en non holistisch klinken maar al die jaren van opleiding in acupressuur, punctuur, massage , homeopathie, reiki etc zijn mi totaal zinloos als je er niet in slaagt placebo van werkelijkheid te onderscheiden. Wie de waarheid wil zien moet begtinnen met een goede bril op te zetten en zeker het licht aan te steken. Blijven ronddolen in blinde kamers van alterneutische fantasie is niet erg productief en zal de wetenschappelijke geneeskunde geen zier vooruit helpen. Tenzij men ab initio maling heeft aan wetenschappelijke eerlijkheid en liever in romantische fenomenologische nevelen de zoektocht naar de heilige graal aangaat eerder dan op moedige wijze een helaas soms ontnuchterende waarheid onder de ogen te zien. Tegen de lyrische bevlogenheid van der junge Werther is EBM inderdaad maar een nuchtere meestergast. Want daar raken we de kern van het probleem. In tijden van angst, onzekerheid en controle verlies (en dat is ziekte en crisis altijd ) worden we als patient en zeker als empatisch betrokken arts geconfronteerd met de vaak ondraaglijke machteloosheid van het falen van onze moderne geneeskunde. We zijn dan snel geneigd de velden van onmacht in te vullen met illusies en onbewuste almachtsfantasie die we attribueren aan quasi mystico-magische potenties uit de oeroude tuinen van confusius en de suikerbollekes van Hahneman in het geloof ( het woord is inderdaad toepasselijk: geloof en hoop) dat deze ons op mysterieuze wijze de gezondheid zullen terugschenken. Elke rechtschapen arts weet dat de kriebelende twijfel “het zou eens moeten waar zijn zijn dat het toch werkt” op zo’n momenten een bijzonder sterke aantrekkingskracht kan hebben en ons instinct van onderzoeker en speurder snel kan gesolliciteerd worden om zonder logische remming de alterneutische lorelei roep te volgen. Wie daar op ingaat wapene zich best zeer goed. Cognitieve valstrikken en “logical fallacies” zitten handig verborgen in iedere hoek van dit meanderend pad en kunnen ons kritisch denken snel overmeesteren. Je ziet genoeg eminete academici die de Kackadorisprijs en sceptische put verdienen. Het is niet omdat we allemaal een mooi universitair diploma op zak hebben dat we genoeg gewapend zijn voor dergelijke tocht. De onderschatting van dit gevaar is het gevolg van een helaas zeer frequente overschatting van eigen kunnen die men bij vele academici ontmoet. Er is natuurlijk geen enkel bezwaar tegen nieuwschierigheid , exploratiedrang en brandend verlangen naar diepgaand onderzoek naar fundamentele wetten en diepe kennis ? Is dat nu net niet de “core business” van elke wetenschap ? Uiteraard wel. Het grote verschil (een wereld van verschil) zit hem in het feit dat elke vooruitgang in de reguliere wetenschap slechts mogelijk is door de strikte toepassing van de wetenschappelijke methode en dat geen enkele theorie ter wereld hoe uitdagend en mooi ze ook moge klinken deze methode kan omzeilen. Wetenschappers hebben de volle vrijheid de gekste hypotheses te exploreren maar weten dan ook deksels goed dat op het einde van de rit de bewijslast wel in hun kamp ligt en ze staalharde bewijzen zullen moeten brengen om hun terecht kritische collegae en peers van de waarachtigheid van hun stellingen te overtuigen. Daar is geen plaats voor anecdotische argumentaties, tevredenheidsindexen, “interessante publicaties”, economische voorkeuren of andere “hear-say” autoriteitsreferenties. Wie gelooft in de homeopathie of gelooft in het spagettimonster, elfjes en kabouters heeft daar het volste recht toe. Anderen geloven immers dat homeopathie een typisch voorbeeld is van een gedegenereerd pseudowetenschappelijke filosofisch denksysteem gefundeerd op cognitieve illusies en onderhouden door ontstellend gebrek aan statistisch logisch rationeel denken en EBM gestuurde onderzoeksmethodologie. Er is evenwel toch een dailog mogelijk en zelfs een uitkomst –gebaseerd op recente neurowetenschappelijke inzichten omtrent het placebo en het placebo plus effect maar zolang voor de homeopathen het woord placebo en recente wetenschappelijke inzichten daromtrent als een persoonlijke belediging blijven interpreteren is een constructieve dialoog inderdaad zeer moeilijk. Zoals mijn vrijgevige boekenschenkende collega in zijn laatste brief besloot : “ik denk dat tussen ons beiden de kloof te diep is” stel ik vast dat niet de diepte van de kloof maar de breedte bepalend is voor de overbrugbaarheid ervan. Neurowetenschap kan prachtige bruggen smeden maar mensen moeten bereid zijn tot echte dialoog en dus hun harry potter denken achterwege laten en van hun troon van gekwetst nholisme en onbegrepen martelaarschap verlaten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten